Willem J. Ouweneel, De Openbaring van Jezus Christus, [1988], 226 'Nieuw' is niet neos ('jong, fris'; nieuw in de zin van: een volgend punt in een reeks punten, dus 'nieuw' in de tijd), maar kainos, d.i. 'nieuw' in hoedanigheid; iets andersoortigs dan het tot dusver bekende. Het 'nieuwe lied' is een lied dat de aarde nog nooit tevoren gekend heeft, zelfs Mozes niet na de doortocht door de Schelfzee (vgl. 15:3), zelfs David niet, die zo vaak van een 'nieuw lied' spreekt (Ps 33:3, 96:1; 98:1; 144:9; 149:1; vgl. Jes 42:10). Slechts zij kunnen het leren zingen die er weet van hebben door het Lam gekocht te zijn men Zijn bloed (vgl. 14:3).
Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En zij zongen een [21]nieuw lied, zeggende: Gij zijt waardig dat boek te nemen, en zijn zegelen te openen; want Gij zijt geslacht, en hebt ons Gode gekocht [22]met Uw bloed, uit alle geslacht, en taal, en volk, en natie; 21. Dat is, van een nieuw maaksel en van een nieuwen inhoud, gelijk Ps.33:3; Jes.42:10. 22. Grieks in uw bloed; dat is, door of met.